|
|
|
Ali Ryerson, dwarsfluit & alto, ooit genoemd als fluitiste van het
jaar bij Down Beat.
Peter Verhoyen, dwarsfluit, piccolo & alto, gerenommeerd fluitist
verbonden aan het Koninklijk Filharmonisch orkest van Vlaanderen.
Mark Matthys, als jong accordeonist via het Gentse conservatorium
een gerenommeerd pianist en componist in diverse genres, maar dan
vooral in de Jazz.
Werner Laucher, Double bass
Fred ”El Pulpo” Savinien, Percussie
Geert Roelofs, Drums
Vanessa Matthys, Vocal guest
(CD-voorstelling Conservatorium Gent)
Gent heeft net als elke andere stad zijn charmes, maar ook zijn
verborgen charmes, zoals bijvoorbeeld de kleine concertzaal van het
Conservatorium, optimale klankkwaliteit, prachtig orgel en een
présance om ‘U’ tegen te zeggen. Een gedroomde locatie om een CD te
releasen waarvan het basisidee vertrekt van de symbiose tussen Jazz
en Klassiek. Best of Both Worlds en dan in een dubbele betekenis,
Jazz & Klassiek en Europa & Amerika. Als je van dit idee vertrekt
moet je geen beeldstormerij verwachten, kan het resultaat alleen nog
gedijen in een harmonisch idee, waar dissonanten hoogstens
technische hulpmiddeltjes zijn om de harmonische basis-idee extra te
kleuren. De basis, ontstaan op een congres voor fluitisten in Las
Vegas, sloeg daar erg aan, ook bij gereputeerde collega’s Jazzy
fluitspelers. En van het één komt het ander, bijvoorbeeld een CD.
Het beste van de twee werelden in dubbele betekenis. Peter Verhoyen
komt uit de klassieke muziek en werkt voornamelijk met volledig
uitgeschreven partituren en Ali Reyerson een doorwinterde
jazzfluitiste die enkele wat summiere nota’s op haar pupiter heeft
liggen, om toch zonder problemen lustig door de partituur te
meanderen, laat ons zeggen, tweede stem? Ho! Tweede stem? Waarom
niet eerste stem? Laat het ons een open vraag blijven, die er niet
toe doet, als de vraag betreffende de kip en het ei. Of ik het mooi
vond? … ik vond het prachtig! Vroeger bestond er in de conservatoria
de clash tussen Klassiek en Jazz, waar enkel een meewarige
herinnering aan overblijft, de nieuwe maturiteit in het muzikale
denken kan er alleen toe bijdragen de verworven openheid te
optimaliseren. Deze CD en de bijhorende voorstelling zijn daar een
levend bewijs van, eenmaal dat het absolutisme van het eigen gelijk
afgezworen wordt, ontstaat er daardoor een ruimte waar deze
prachtige symbiose mogelijk is. Peter Verhoyen is zuiver klassiek
geschoold, hij speelt van de partituur en Ali Reyerson is gepokt en
gemazeld in de Jazz en heeft aan wat nota’s voldoende, So What? Als
ik het resultaat beluister kan ik alleen zeggen: geslaagd cum laude.
Ook in de composities en arrangementen van Marc Matthys heerste een
gelijkaardige opvatting, thema’s zo uit de barok geplukt, vermengt
met swing, ‘Gigue con Swing’ en ‘Swinging Sarabande’ gaven hierbij
duidelijk de insteek aan. De ritme sectie, bas, drums en conga’s
duiden dan weer op de Zuid-Amerikaanse sfeertje aan waarin het
geheel in ondergedompeld werd.
Met de introductie van de releasepresentatie komt de CD mij
natuurlijk als overbekend over, Live zijn de dingen steeds sterker
dan enige opname ooit kan benaderen. Maar dat is geen toeval, als je
diverse elementen als Jazz & Klassiek, samenbrengt, zonder de
bedoeling keet te schoppen, is herkenbaarheid en toegankelijkheid
een surplus die de openheid als bonus meekrijgt. En dit alles los
van de complexiteit van de composities, interventies en solistische
improvisaties, eenmaal de som van het geheel klopt worden de
alleenstaande elementen van ondergeschikt belang. Bijzonder aan het
geheel is dat de solisten steeds identieke instrumenten gebruikten,
fluit in duo en altofluit eveneens in duo (buiten enkele kleine
kleurversterkende interventies van Peter op piccolo), steeds in
gelijkklinkende instrumenten, wat een eigenaardig unisono effect
gaf, Peter klassiek volgens partituur en Ali swingend en
improviserend in de typische “blue-key” eigen aan de jazz. Wat
kleine verfijnde dissonante plagerijtjes gaf, een soort van extra
verfijning, op het randje van het argeloze, waar Klassiek en Jazz op
de randjes van de melodie kleur bekenden dat niet alle mosterd van
dezelfde Abraham kwam. En natuurlijk de composities van Marc niet te
vergeten waarin de vermenging van beide idiomen al was ingebakken en
de Zuid-Amerikaanse toetsen aangebracht door de percussie alles
verder afrondden. Uitzondering is ‘Echoes of Silent Voices’ (main
theme) dat door Dirk Brossé werd gecomponeerd. Op de CD krijgen de
percussionisten meer ruimte dan bij de presentatie zodat de kleur
voller en het swingidioom warmer overkomt. Een kleine vermelding
voor Vanessa Matthys die met enkele backing-vocals de klank nog
voller en soepeler maakte. Een mooie evenwichtige cross-over CD om
in de galerij van opnames die tussen Klassiek en Jazz een brug
willen slaan zondermeer kan schitteren.
Luque
|