|
|
|
alto Saxophone, Baritone Saxophone – Peter Verdonck
Double Bass, Electric Bass, Musical Bow, Backing Vocals, Vocals
[Kermit] – Jasper Hautekiet
Drums, Percussion, Xylophone, Cowbell – Tony Gyselinck
Guitar [Holy 4-note], Percussion, Vocals [Miss Piggy] – Geoffrey
Burton
Tenor Saxophone, Baritone Saxophone, Bass Clarinet – Walter Baeken
Trombone [Tenor], Bass Trombone – Pieter Lamotte (tracks: 2 to 3, 7,
11)
Trumpet, Flugelhorn – Marie-Anne Standaert
Vocals [Additional] – Chantal Willie (tracks: 1, 7), Pieter-Jan De
Smet (tracks: 4, 6)
Vocals, Omnichord, Harmonica, Harmonica [Prepared], Backing Vocals,
Performer [Infrascratching], Whistle – Steven De Bruyn
Weinig of geen bluesreleases geweest, de laatste tijd, dus grijpen we
naar ‘Pop Off’ , de nieuwe van The Rhythm Junks en intussen toch ook
alweer een tijdje uit. De vorige ‘Virus B-23’, uit 2005, stond bij ons
hoog aangeschreven en dus waren we erg benieuwd naar deze opvolger. Zou
die even sterk zijn ? Een eigen geluid, funky en gesteund door
uitstekende instrumentalisten, deze keer met gitarist Geoffrey Burton
aan de knoppen, de rechterhand van Arno en reeds in jarenlange
samenwerking met Pieter-Jan De Smet, die hier ook op de guestlist staat,
kwestie van de vocale partijen wat te verrijken. Steven De Bruyn is nu
eenmaal beter op harmonica, geef dat maar toe. De band heeft sinds z’n
ontstaan wat door woelige wateren gevaren en de bezetting ziet er al een
tijdje anders uit dan in den beginne. Centraal staan daar nog de
oprichters Steven De Bruyn en drummer Tony Gyselinck, maar Jan Muës is
af, trompetten zijn nu in handen van Yves Fernandez Solino (op de vorige
CD nog als guest) en Marie-Anne Standaert. Walter Baeken blijft heel
standvastig aan de saxen en bass klarinet en voeg daar bovenop nog Peter
Verdonck aan de alt-en baritonsaxofoon en dan is de blazerssectie
kompleet. Jasper Hautekiet staat nu aan de bassen, Jan Ieven is ook af.
Dat zijn de startposities voor deze bunch, fasten seatbelts, we gaan van
start ! ‘Join the Bus’ start het feestje en nodigt al direct uit op de
dansvloer, leuke poppy melodie, die trouwens de laatste maanden veel
gedraaid werd op de radio, een hit dus ! Chantal Willie staat Steven bij
op vocals. Het enige dat (mij alvast) stoort is dat repetitieve
vibrerende omnichord geluidje op de achtergrond. Dat komt trouwens
dikwijls in andere vorm terug op vele andere tracks, als je er op let
krijg je de kriebels ! Zo ook op ‘Panamajumbo’, dat verder wat
mamboachtig voortschuifelt. ‘Kerosene’ drijft op hoge wolken door de
lucht,relax maar ijl, lijkt mij te kampen hebben met zuurstofgebrek.
‘The Machine’, ook al bekend van de radio tsjoekt op het ritme van de
drums door het spoor. De blazerssectie onderstreept en ergens in het
koor zingt Pieter-Jan De Smet ook mee. Meiske’ tikt op nummer 5 zachtjes
verder, Steven op harmonica en fluitend, Tony Gyselinck op percussie.
Het roept een beeld op van een voorbijgaand wandelaar tijdens de siesta,
wel mooi maar erg kort… ’Number from Heaven’ steekt dan weer de vlam
aan, een stuwende ritmesectie en Steven op harmonica maar helaas weer te
vroeg gedaan, ik had de nestels van m’n dancing shoes nog maar nét dicht
! Gelukkig is daar dan ‘Monk it Up’ met die orchestrale
blazersuitvallen, Steven volmondig op harmonica en jive that ! Chantal
Willie steekt voor een tweede keer ook een tandje bij, mooi ! ‘Best kept
Secret’ vervolgt met een wat ‘On the road again’ (Canned Heat, remember
?..) song, opgejaagd door een soortement van zweepslaagjes, ride that
horse ! ’Pop off’, titelsong en eigenlijk meer ‘titeldeun’ laat zich
waarschijnlijk uitstekend gebruiken om de live set in te leiden en is
ook niet méér dan dat, 1 minuut en al gedaan …’Wham Bam’ is dan weer de
‘Rhythm Junks’ groove die we kennen, met een leidende, vette bas,
uitbrekende blazers en een Tony Gyselinck als jonge hengst aan de
drumkit. Dan weer een kuierende bass en een slaperige Steven De Bruyn
aan harmonica en gebroken stem vraagt zich af: ‘Why can’t I get out of
my bed ?’ De blazers beamen eveneens slaapdronken… een….geeeuwwww…blues,
als je wil…En dat in schril kontrast met cover ‘Moskow Diskow’ van Telex
dat hortend en stotend de spotlights opzoekt ! ‘Flow back to the Bow’
mag dan smakkend declarerend afsluiten en laat ook nog es een remspoor
achter, een afsluiter, punt. Wat geeft dat als eindresultaat ? Een
aantal stevige songs en een aantal nummers die in de startblokken al
sterven. Die oogst is , ondanks de radiohitjes, toch wat schraal. Deze
unieke formatie met sterke ritmesectie en blazers en dus géén gitaren
(!) , mag méér werk maken van de songs alvorens nogmaals een nieuw
werkstuk af te leveren, kwaliteit is er zeker in huis, alleen zitten we
misschien met wat weinig inspiratie ?
|
Winus
|