|
|
|
Rodrigo Fuentealba - guitar Karel De Backer - drums
Matthias Standaert - drums Bruno Coussée - bass
Philipp Weies - guitar Peter Vermeersch - tenor saxophone
Dree Peremans - trombone Peter Delannoye - trombone
Mattias De Craene - tenor saxophone Luc Van Lieshout - trumpet
Hans Bossuyt - trumpet Kwinten Mordijck - baritone saxophone
Peter Verdonck - baritone saxophone
Afgelopen zomer leek het wel bloeitijd voor Belgische grote
bezettingen. Om maar enkele voorbeelden te geven: Jazz Middelheim
gaf een podium aan MikMâäk, Bruno Vansina Orchestra, Carate Urio
Orchestra en Manngold de Cobre; bij De Werf in Brugge speelde het
Brussels Jazz Orchestra met Enrico Pieranunzi. In tastbare vorm op
cd vallen er al sinds het voorjaar vruchten van deze hoogbloei te
rapen, zoals deze. Die doet zin krijgen om met trefwoorden te gooien
als aanstekelijk, toegankelijk, bewezen kwaliteit en - opdat
iedereen het zou verstaan - great fun! (Bijna stonden deze lemma's
hier in hoofdletters in een opvallend lettertype.)
Dit is een cd die met wat volume een vurige opstoot van energie kan
geven. Dat hoeft niet te verbazen als je ziet wie de aanstekers zijn
van Manngold de Cobre. Dit is een bonte bezetting die bestaat uit
twee delen waarbij Rodrigo Fuentealba de spilfiguur is van de
rockgroep Manngold en Peter Vermeersch de Cobre mocht aanbrengen -
en zijn gang gaan met het totaalplaatje. Zo'n groep mag wel wat
hebben van een kruising tussen 50 Foot Combo en X-Legged Sally. Dát
en nog veel meer is het geval.
Zowel de elektrische gitaren en bas, de koperinstrumenten (tenor- en
baritonsaxofoons, trompetten en trombones) als de drums worden met
veel speelplezier ingezet in soms wilde composities en steevast
strakke arrangementen. Herhaaldelijk verwijzen de gitaren naar
hevige uitspattingen van vroege hard rock, soms vliegen de
luisteraar spacy en psychedelische gitaarklanken om de oren
('Fuzzhound'). Net zo goed vallen killere invloeden uit de 80ies new
wave op. De ene keer zijn het de blazers die daar mee spelen, zoals
op A 'Fistfull of Saurerkraut' waar ze aan de Belpop herinneren van
Arbeid Adelt ! Elders diepen de gitaren riffgewijs uit de
geschiedenis van het vergane genre, zoals in het vinnige 'Stereo'
dat evengoed knipoogt naar Metallica.
Opener 'Wahnsin' bouwt netjes op met een logica die eerder de
verlokkingen van de waanzin volgt dan schrikwekkend te klinken.
'IND' dat de hoes als laatste nummer opgeeft begint bij de 70ies
experimentele rock van Can om in ongewone rockjazz over te gaan.
Daar komt dan 'Ping' nog lichtvoetig achteraan huppelen. Je kunt je
er cheerleaders bij voorstellen voor wie het zotjes springen is en
het versnellende tempo te hoog wordt. Wie er op het eind niet bij
neergevallen is mag nog lichtvoetig eindigen.
Is dit dan wel echte jazz? In elk geval komen verschillende nummers
met het bouleverserende karakter dat de jazz oorspronkelijk had en
in haar hele geschiedenis bleef opduiken. Andere stukken blazen dan
weer feestelijk het stof weg van de sleur van alledag. Hoe op deze
cd aan genrevermenging wordt gedaan is ook typisch jazz. 'Sonic'
evolueert naar een heel sierlijk stuk dat tegemoetkomt aan de
ernstige jazzliefhebber die het graag rustig houdt. Al klinkt het in
de intro alsof de band collectief aan verlammingsverschijnselen ten
prooi is gevallen - door verdovende middelen of zo, dat is toch ook
typsich aan jazz?
Manngold de Cobre is een levendig project waarin de muzikanten zich
hoorbaar amuseren. Er wordt flink wat gerockt, maar ook heerlijk
gestoeid met koperblazers die maken dat de muziek je verbeelding aan
het werk zet. Want Vermeersch weet in een oogwenk de hele rocksfeer
ook te doen verdwijnen en met zijn blazers een andere wereld
tevoorschijn te toveren.
Danny De Bock
|