|

Zondag 14
Augustus
Hijs de Belgische vlag !
Jazztalks: Belgium: The Jazz Scene Today

Ashley Kahn interviewt Eric Thielemans (gisteren 4x opgetreden in de
club stage) en Tutu Puoane (vandaag 2x in de club stage). Ze praten over
de Belgische jazzscene.
Ashley Kahn is een New Yorker, schrijver, muziekkenner met faam en de
winnaar van een Grammy Award door zijn teksten over o.a. John Coltrane
en Miles Davis. Hij schreef over grootheden als Coltrane (over de
totstandkoming van ‘A Love Supreme’), Davis (the making of ‘Kind Of
Blue') en de historische ontwikkeling van de jazz (‘The House That Trane
Built').
Tutu Puoane en Eric Thielemans zijn twee muzikanten uit totaal
verschillende werelden en zullen de jazz scene in België bediscussiëren
en de nieuwe muziek voorstellen. Ashley Kahn begroet de aanwezigen om al
zo vroeg te komen en het is goed dat we wat meer background info kunnen
vernemen en hij ziet hierin een meerwaarde voor het festival. Het
publiek krijgt zo meer een connectie met de muziek.
Tutu zal vandaag twee sets spelen waarin een set gewijd aan de muziek
van haar idool en zangeres Joni Mitchell. Tutu vertelt dat ze zich een
studente voelt van Joni, die haar teksten passen goed bij Tutu en ze
luistert al naar haar platen vanaf haar 16de. Tutu is Belgische op
papier (en getrouwd met pianist Ewout Pierreux) en maakte de apartheid
mee in Zuid-Afrika waar ze in 1994 aan de High school zat. Ze kende de
muziek van Myriam Makeba pas op haar 20ste maar hoorde wel de jazz op de
commerciële radiostations. Het is gek om te vernemen dat ze haar eigen
roots-muziek bijna niet hoorde. Meespelen met de BJO op de plaat ‘Mama
Africa’ was een cadeau voor haar. Ze vindt het hier allemaal geweldig in
België met fantastische voorzieningen waar ze in Afrika alleen maar van
kunnen dromen.
Eric daarentegen groeide op in Vlaams Brabant als zoon van een
landbouwer familie aan moederskant en een Marollen duistere kant aan
vaderskant . Zijn papa kende hij eigenlijk nooit echt goed... Hij werd
gepusht door zijn moeder om in een fanfare de Franse hoorn te gaan
spelen, maar hij wilde liever voetballen. Toch is de muziek speciaal
geworden voor hem. Hij heeft het geluk gehad een vriendschappelijke
relatie op te bouwen met mentor Billy Hart maar ook inspirator Armand
Van De Walle op de academie destijds. Het was een klassieke opleiding
toen. Het toffe daaraan was dat Armand zijn studenten haast individueel
bijstond. Eric was een echte moeilijke puber. Hij heeft een vorm van
dyslexie en blijkbaar had Tutu dat ook. Leuk om dit te vernemen.
Ze zien de dingen trouwens anders dan wij dat doen...
Tutu is puur met muziek bezig en het is haar passie, haar baby... In
Afrika houdt iedereen van muziek. Ze moest de high school tot het einde
uit doen en is daarna pas muziek mogen gaan studeren mits akkoord van de
big uncle en haar grootvader (die ook pianist was). Tutu kon op haar
12de beter piano spelen dan nu, vertelt ze. Gelukkig kan ze wél geweldig
zingen natuurlijk en dat zullen we straks bevestigd zien ook !
Eric ziet in België een specifiek klimaat , een kleine perimeter als
driehoek (Gent-Brussel- Antwerpen) en nog een beetje van Luik, dat
vroeger sterker was. Hij ziet ook grote verschillen tussen Vlaanderen en
Wallonië. We realiseren niet dat we zo’n grote diversiteit nu hebben en
dat geeft daarbij mogelijkheden die we niet altijd direct zien. ..
Tutu vertelt verder over Capetown en hoe Jack Van Poll haar daar
ontdekte en haar geld toestak voor een jaar studies in NL Ze kon ook
elke weekend optreden in Antwerpen en spelen met hem en ook met bassiste
Chantal Willie (van oa Zap Mama)... We hebben zoveel in België dat we
niet beseffen zoals bvb de goede sociale voorzieningen.... ze is trots
dat ze is mogen bevallen in België en niet in een afgelegen dorp in
Zuid-Afrika. Daar is het ook zo dat een bus pas vertrekt als ze vol is
en wij hier maar kankeren op bussen met enkele minuten vrtraging... Ze
kan optreden in zalen in België maar in Afrika moet je eerst betalen
voor de zaal alvorens er te kunnen optreden. Dat kunnen we ons hier niet
voorstellen.
Eric ziet een terugval van de regeringen en vervaging van normen. Het
basis niveau is wel hoog hier, maar de conservatoria moeten veranderen
en nadruk leggen op het kunnen uitbouwen van een carrière in de muziek.
Verder ziet Eric het surrealisme in België, zowat tegen de overheid en
is men in NL veel directer.
Tutu vindt België erg leuk en het toffe is vele muzikanten mekaar kennen
en vlot ook samenspelen. Je kan groepen van NY wel herkennen aan hun
sound. Het is moeilijk te omschrijven of er een Belgische jazz sound
bestaat. We zien wel onze openheid, vrijheid in de muziek en in diverse
disciplines en stijlen....
(...een
hele hoop info voor Michel hier en dan schrapten we daarbij ook nog wel
wat --- nvdr)
Hup naar de main stage dan voor de
vierde keer Avishai Cohen.
Avishai Cohen / students Conservatorium Antwerpen
hoofdpodium 15u30
Avishai Cohen (trompet), Harrison
Steingueldoir (piano), Roeland Celis (piano), Kobe Boon (contrabas),
Casper Van De Velde (drums)

© Bruno Bollaert
De Artist in Residence van de 35ste editie Jazz
Middelheim staat al sinds zijn tiende op de bühne. Hij laat zich nu weer
van een andere kant zien en heeft enkele jongeren de afgelopen dagen
getraind en ze spelen nu nummers van hem van 10 jaar geleden van zijn
platen als ‘Flood’ en ‘After the Big Rain’ en dat met een West-Afrikaans
tintje.
Hij geeft soms korte hints aan wie er kan soleren, en geeft maten aan
maar in de eerste nummers neemt hij toch alle solo’s voor zich. Hij
domineert daar met zijn weergaloos zuiver trompetspel. De jongeren mogen
later wel loskomen en komen geleidelijk aan in het ritme door die
vrolijke Afrikaanse klanken.
Die eerste nummers zijn wat klezmerachtig en vooral die tweede song is
erg opzwepend met het West-Afrikaanse ‘parto forte’. Al van na de eerste
samenkomst wist hij dat het goed ging komen met z'n studenten, mits nog
wat oefening. Hij bedankt de organisatoren dat hij dit heeft
mogen/kunnen doen.
Vooral drummer Casper komt goed los van in het begin en ook de pianist
mag al eens een intro solo doen. Avishai heeft het wat moeilijk met het
uitspreken van de niet zo voor de hand liggende Vlaamse namen.
Het publiek is mee en steunt de jongeren in hun solo’s met veel applaus.
Een mooi nummer qua opbouw is op het einde ‘Cycles: the sun, the moon
and the awakening earth’. Het concert was een uitgestoken hand naar de
opkomende jazzgeneratie, waar we vast en zeker nog meer van gaan
horen...
Vandaag dus goed begonnen in een volle tent met dit coaching project.
Dat is zonder voorgaande maar het goede weer en de mooie affiche
verderop deze dag maken dat er al veel volk kwam afgezakt naar het mooie
Park den Brandt.

Michel Proesmans
Tutu Puoane
Club stage 16u50 -18u50
Tutu Puoane (zang) Tineke Postma (alt &
sopraansax) Ewout Pierreux (piano) Clemens van der Feen (bas) Hans van
Oosterhout (drum)

Zangeres Tutu Puoane hoeven we u alvast niet meer voor
te stellen. Ik vind ze beter zingen in kleine bezetting dan in het
strakkere BJO project van Mama Africa van enkele jaren geleden. Ze
straalt en staat er weer in een mooie bordeaux rode jurk en nieuwe
haarcoupe. Ze is ook wat vermagerd na die twee voorbije bevallingen.
Naast haar man Ewout is de bezetting afkomstig uit Nederland. De immer
goedlachse drummer Hans van Oosterhout met zonnebril in zijn haar, de
sympathieke bassist Clemens van der Feen en opmerkelijke saxofoniste
Tineke Postma.
Er is al zeer veel volk daar en ik moet op de grond plaatsnemen. In deze
set brengen ze veel nummers van Tutu's heldin Joni Mitchell. Ze
vertelt dat haar leraar van Capetown haar destijds Joni Mitchell liet
horen. De plaat 'Mingus' van Joni met Charles Mingus was de eerste plaat
die ze ervan hoorde en ze brengt het gevoelige ‘Goodbye Pork Pie hat’ in
duo met de bassist. In een volgelopen tent opende ze eerst met ‘River’,
één van Joni's meest fragiele songs. Ze zingt ook scattend met veel
applaus het nummer ‘ The Hissing Of Summer Lawns’, afkomstig uit het
gelijknamige album. Ze is zo blij en trots hier te staan vandaag en haar
stem is daarbij fluweelzacht maar krachtig ook. Daarbij wil ze
telkens haar eigen versie geven van de songs en niet klakkeloos
een cover brengen. In het nummer ‘ God Must Be A Boogie Man’ blaast ze
met de hulp van het publiek nieuw leven in het Mitchell-repertoire. De
poëtische teksten lenen zich ertoe om woorden te benadrukken. Heel fraai
gedaan en we verlangen al naar de tweede set straks !
In die tweede set komt het mooie ‘Black Crow’ aan de
beurt, dat uitmondt in een stukje waarin Puoane in haar eigen,
onnavolgbare taal zingt. Iets verderop volgen dan’ Hejira’ en dan nog
een uitgepuurd, akoestisch ‘I Don't Know Where I Stand’. Die song gaat
over twijfels in het leven hebben, niet goed weten welke richting je uit
kan gaan en niet voldoende beseffen wat je in je hebt. Allemaal songs
die in het echte leven staan zijn het en daaraan gerelateerd kunnen
worden. ‘My Old Man’ is zo ook nog een voorbeeld. Veel applaus en weer
een volle club stage. Het lijkt al te klein worden hier...
Michel Proesmans
Jef Neve & Typhoon
hoofdpodium 17u30
Jef Neve (piano), Typhoon (zang,
woord)

Het duo komt samen well dressed op en ze reiken mekaar de hand. Ze
vinden het spannend om maar met zijn tweeën op het grote podium te mogen
staan. Ze hebben voordien wel enkele try-out concerten gedaan in Nl en
ook in de AB.
Jef Neve voorstellen hoeft niet meer, die stond al in verschillende
uiteenlopende combinaties op het podium en het laatste jaar maakte hij
promo voor zijn solo plaat ‘One’ en zijn projecten met orkesten. Vandaag
speelt hij samen met de Surinamer uit Zwolle, 'Typhoon'. Ginds in NL is
hij wel bekend en speelt die voor duizenden fans met soms wel 10
muzikanten rond hem. Vandaag dus iets intiemer hier, met Jef alleen. Ze
kennen mekaar wel van vorig jaar in februari aan de start van het
programma ‘Beste Buren’, een project van 2015 over de Vlaams-Nederlandse
creativiteit en culturele samenwerking. Daar moesten ze onverwachts
samen spelen en dat werkte prima. We kunnen zeggen dat Glen De Randamie,
alias Typhoon (32 jaar), iets wegheeft van onze Tourist LeMC. Als
Surinamer heeft hij een zuiderse feel en gaat sociaal engagement niet
uit de weg. Zijn Nederlandstalige teksten zijn fijn bemeten, vaak
herhalend, maar beter dan die van de gemiddelde rapper. Vaak staat de
liefde centraal in zijn teksten.
Ze gaan aan de haal met mekaars stukken en Jef schreef de muziek bij de
teksten van Glen. Die teksten komen van Glen zijn shows en bestaande
platen. Ze laten voldoende ruimte voor improvisatie, zowel op
piano als op de tekst. Het is een mooie intense oefening geworden van
muziek en spoken word met zang erbij en dat vooral voor een overladen
volle zaal en luisterend publiek.
Neve krijgt de eer om het concert in te zetten, al verrast hij door zijn
piano te ondersteunen met beats van een computer. We horen o.a. ‘Hemel
valt’ of zeker het mooie Surfen’ met een ganse uitleg over zijn reis
naar Australië en de angst voor de haaiaanvallen daar... Ook een knipoog
of een grapje gaan ze niet uit de weg zoals anecdotes over het recente
huwelijk van Jef en diens reis naar Italië. Zo horen we ook eens wat
inside news.
Ontroerend is te horen dat Tyhoon door het vele succes wat down was
geworden en door een toevallige ontmoeting met de ouders van hun
overleden zoon en door diens gedicht er weer bovenop is gekomen. Het is
na die ontmoeting dat hij als een bezetene is beginnen schrijven met de
liefde als centrale thema.
Het publiek moet ook participeren in ‘Nooit’ en dit roepen als hij zijn
hand opsteekt. Soms begrijp ik niet alle woorden stuk voor stuk omdat
het zo snel gaat. Gelukkig herhaalt hij vaak passages en Jef draait er
zich mooi doorheen, speelt ook enkele solo stukken en daar zingt Glen
ook gedwee mee.
Op het einde moet het publiek wat mee neuriën op Jef’s ‘it’s
gone’.
...Het was mooi , gedurfd en avontuurlijk, maar dat zijn die twee zeker
ook. Ik denk dat het meer iets is voor een kleine club zoals de zijtent
, want achteraan en aan de zijkanten is er ook nu weer teveel gepraat om
alles goed te kunnen volgen, hoor ik achteraf ook door anderen
vertellen...

Michel Proesmans
STUFF. 'Hybrid Love'
hoofdpodium 19u30
Mixmonster Menno (draaitafels),
Andrew Claes (sax) Dries Laheye (bas), Joris Caluwaerts (keyboard),
Lander Gyselinck (drums)

De band Stuff bestaat nog maar sinds 2012 maar sindsdien spelen ze
langzaam maar zeker elk podium waar ze langs gaan plat. Ze kijken terug
in de tijd naar de fusion van de seventies maar wel met de
technologische mogelijkheden van vandaag en ze spelen een soort van
futuristische versie van hoe jazz anno 2016 kan klinken.
Hun muziek is de som van de inspiratie en de creativiteit van alle 5 de
bandleden, de composiites liggen ergens vast maar ze improviseren en
reageren constant op mekaar. Alles is in beweging maar wel zonder
solo’s. Hun muziek gaat over weglaten, over de essentie en over hele
vette grooves.
Vandaag spelen ze een speciale set vol nieuwe muziek. Het is een soort
trip die nu eens niet dansbaar moet zijn. Het is echter wel dansbaar
maar niet de ganse tijd. Dit programma heet ‘Hybrid love’ over hun
liefde voor de technologische evoluties in de muziek van de laatste 40
jaar met een hybride van digitaal versus analoog. Je hoort ook af en toe
de stem of mijmeringen van Josse de Pauw over wat 'hybrid love' voor hem
betekent. Ik versta niet altijd waar het over gaat. Ik hoor hem iets
vertellen over dinosaurussen in de mist en ik zie de samenhang met de
muziek niet. Het is muziek die je raakt of niet , maar je moet het
ondergaan zonder vooringenomenheid. Je hoort van alles... hiphop,
punkjazz, veel elektronische effecten, soundscapes, dance music enz...

Je kan bewondering tonen voor deze jongelui, over hoe ze omgaan met die
technologie en er free mee omgaan met al die elektronische devices en
ook analoge draaitafels. Lander zit wat katachtig te kijken achter zijn
drums en omringt door de bandleden in een halve cirkel. Op het einde met
het bisnummer hoor je als het ware een UFO ruimteschip landen. Het heeft
ook te maken met science fiction, misschien zoiets als Spielberg in zijn
films...
Ze hebben ooit eens 2 weken residentie gedaan in de Singel in Antwerpen
voor een zittend publiek en daar is hun muziek uit de grond gestampt en
ook de samenwerking met Josse de Pauw die hun voorzag van wat teksten
die ze dan weer uit mekaar halen, vertragen en versnellen. Ze deden een
brainstorm met hem en het gaat over fuseren van dingen, stijlen en
muziekinstrumenten. Lander heeft ooit een old Monk toer gedaan met Josse
in de band van Kris Defoort...
Ik hoor ook Miles of Jean Michel Jarre en Pink Floyd doorschemeren in
hun muziekjes. Er zijn vaak rustige momenten van geleidelijke opbouw tot
het losbarsten van den beat zoals in een huidige discotheek zoals drum
n’ bass of muziek zoals op Tomorrowland. Het is soms retro met
terugkijken naar de good old seventies , maar ze gebruiken volop nieuwe
mogelijkheden met nieuwe en oude instrumenten. De opname technieken nu
zijn belangrijker geworden. Techniekers in de studio konden in de
popmuziek van toen snare and reverb brengen , maar dat was live
moeilijk om die sound te krijgen of je had een hoop apparatuur nodig ook
on stage. Nu is het allemaal een stuk makkelijker en compacter geworden
door de micro elektronica. Joris speelt ondermeer op een elektronische
Kawai synthesizer met echte snaren waar een pitch delay op zit. Heel
opmerkelijk is ook Andrew Claes op zijn EWI (electronic wind
instrument): het komt uit de ‘80s en is destijds door Michael Brecker
verder ontwikkeld en van oorsprong een EVI (electronic valve instrument)
maar hij ijverde om er een elektronische sax van te maken. Het ding
heeft veel mogelijkheden waarvan sommige verloren zijn gegaan: bereik
van 8 octaven en breath control en dat is uniek.
Je kan stellen dat ze dicht in de hoek komen van Ornette Coleman wat
betreft vrijheid in de muziek. Ze hebben toch ook inspiratie gevonden
uit de electric Miles periode en willen zoals Miles een sterk
groepsgevoel overbrengen waarbij de ego’s niet van tel zijn. Ze komen
buiten als een Unit en spelen allemaal tezamen en communiceren tegelijk
om een totaal sound op podium te brengen.

Michel Proesmans
Rebirth::Collective feat. Jesse van Ruller
Club stage 20u50 -23u00
Jo Hermans (tenorsax, bugel),
Carlo Nardozza (trompet, bugel), Bruno Vansina (altsax), Wietse Meys
(tenorsax), Joppe Bestevaar (baritonsax), Dree Peremans (trombone),
Ewout Pierreux (piano), Jos Machtel (contrabas), Toni Vitacolonna
(drum), Jesse van Ruller (gitaar)

Dit octet, bestaande uit vijf blazers en een
ritmesectie (piano-bas-drums) functioneert als een kleine bigband. De
getalenteerde musici met de power van een achthoofdig ensemble laten de
muziek evolueren van gevoelige ballades tot brandende uptempo’s met
diepe groove momenten en spannende solo battles. De bop uit de jaren ’50
swingt weer, maar nu met een hedendaagse drive.
In 2010 richtte trombonespeler Dree Peremans het Rebirth::Collective op.
Peremans studeerde aan het Koninklijk Conservatorium Gent en aan het
Leuvense Lemmensinstituut.
Het ensemble is evenwichtig samengesteld met enerzijds enkele ervaren
solo-muzikanten zoals altsaxofonist Bruno Vansina en pianist Ewout
Pierreux (echtgenoot en vaste pianist van Tutu Puoane), en anderzijds
jong talent als trompettist Jo Hermans, baritonsaxofonist Joppe
Bestevaar en slagwerker Toni Vitacolonna (ook in BJO). Een octet is
sowieso al spannend om mee te maken.
We horen o.a. ‘Bite the bullet’ als gangmaker en ze eren Jack Van Poll
in ‘The day you left’ dat door Jack is gecomponeerd. Bruno Vansina
schittert in een saxsolo bij ‘Waltz for Debby’ dat bekend is
geworden in de uitvoering van pianist Bill Evans. De overladen club
stage gaat uit de bol met de high blowers Carlo Nardozza en Jo Hermans !
Tijdens de tweede set speelt Jesse Van Ruller een
ganse set mee... Billy Strayhorn zou 100 j geworden zijn en daarom wil
Dree Peremans deze belangrijke arrangeur en rechterhand van Duke
Ellington eren. Strayhorn heeft waanzinnig mooie stukken gemaakt en was
zijn tijd ver vooruit en ontdekte gaandeweg nog enkele onbekende mooie
melodieën. Dree arrangeert nu enkele nummers voor hun plaat ‘Raincheck’
die ze vandaag brengen.
Jesse Van Ruller kende Dree niet zo goed vooraf, maar wilde wel direct
meedoen op de invitatie om samen te gaan voor de melodie. Dree vindt
Jesse een straffe muzikant en een open en goed bereikbare muzikant.
Ze spelen vandaag de ganse plaat:
-Isfahan (uit de Far east Suite van Ellington)
-U.M.M.G. (Upper Manhattan Medical Group) en dit droeg Strayhorn op aan
zijn dokter bij de diagnose van kanker in 1964. Ewout Pierreux bewerkte
het nummer met een knappe intro op gitaar (van Ruller) en weerwerk op
baritonsax (Bestevaar) en drums (Vitacolonna).
-In het wondermooie ‘Chelsea Bridge’ volgen soli op gitaar, contrabas
(Machtel) en heel subtiel piano (Pierreux) die versmelten in een fraai
klankbeeld.
- Het titelnummer ‘Raincheck’ schreef Strayhorn op het einde van zijn
leven en dat werd kort na zijn dood door Ellington uitgebracht op het
hommage-album …And His Mother Called Him Bill (1967). Jesse van Ruller
zet een coole gitaar neer in dit lieflijk lentefris uptempo-nummer. Jo
Hermans, samen met de blazers- en niet in het minst de ritmesectie,
vallen krachtig in.
- Het gaat almaar opgaand swingend verder in 'Johnny Come Lately' (arr.
Gyuri Spies van de BJO) met een uitgesproken vurige altsax (Bruno
Vansina) en drumvuurwerk (Vitacolonna).
- Dan volgt de tijdloze ballad 'Lush Life' met warm solowerk van Carlo
Nardozza en Jesse van Ruller.
- Met afsluiter 'Satin Doll' (arr. Wietse Meys) tenslotte treedt
trombonist Dree Peremans op de voorgrond.
De tent zit weer vol op dit late uur en ze spelen door tot 00h15. Opzij
dansen een aantal koppeltjes. Dit is een mooie afsluiter met haast
feestelijke muziek. Als uitsmijter en toegift volgt nog een nieuwe
versie van ‘take the A train’.
De pure jazzliefhebber krijgt hier nog eens heerlijke big band swing
voorgeschoteld. Na het afhaken van publiekstrekker Toots Thielemans
enkele jaren geleden werd immers gevreesd dat de Belgische dag qua
belangstelling nooit zulke hoge toppen meer zou scheren zoals weleer
maar Toots kan vredig rusten, de opvolging is definitief verzekerd en de
generatiekloof gedicht met een ganse horde van goede Belgische jazz
muzikanten !
Michel Proesmans
Melanie De Biasio
hoofdpodium 21u30
Melanie De Biasio (zang, fluit),
Pascal Mohy (Piano), Pascal Paulus (vintage synths/backing vocals), Sam
Gerstmans (bas), Dré Pallemaerts (drums)

© no pics -> dit is er eentje uit haar concert op Jazz Middelheim
in 2013
De roots van Melanie de Biasio liggen in Charleroi. Ze woonde daar tot
haar 18de tot ze naar het conservatorium in Brussel trok. In 2007 bracht
ze haar eerste plaat ‘A Stomach Is Burning’ uit, gevolgd in 2013
door ‘No Deal’ waarmee ze hier in Jazz Middelheim speelde en ook
internationaal doorbrak. Ze was ook de eerste Belgische artieste te gast
bij ‘Later with Jools Holland’ in okt 2014.
Nu is er dus de nieuwe plaat, of eerder EP met 1 lange track van 25 min
op ‘Blackened Cities’ met op de hoes geen uitleg maar een mooie foto.
Tijdens de zoektocht naar een nieuw startpunt kwam de zangeres terecht
bij haar roots. Bij postindustriële steden zoals Manchester, Bilbao en
vooral haar thuisbasis Charleroi. Dat is ook te merken aan de prachtige
hoesfoto van Stephan Vanfleteren die overigens een erg cinematografische
invalshoek suggereert.
Het is één lange moody jam en een trip dolend en wandelend in een post
industrieel landschap in de straten van Charleroi of Detroit. Die
schemerzone en grauwe desolate sfeer is het vertrekpunt en van daaruit
is alles mogelijk.
Melanie is met haar poreuze diepe stem, à la Nina Simone, aan het
schitteren op het grote podium. Ze haalt ook regelmatig de dwarsfluit
boven met het dreigende geruis van drums en fijnzinnig pianospel dat net
boven de gehoorgrens danst.
Melanie’s traag wiebelende présence met haar sierlijke vingers zetten
kracht bij de teksten en ze zingt mooie soundnuances. Pure schoonheid is
dit en het was dan ook muisstil in het Park den Brandt toen dit
natuurtalent het beste van zichzelf gaf.
Opmerkelijk is ook dat ze haast in trance verkeert en vaak geknield
zingt en kruipt richting Dré als een panter over de vloer. Ze heeft er
een goede communicatie mee. Je blijft het spel volgen en je raakt
gebiologeerd in haar wereldje. Ook fijne belichting tijdens de nummers
zoals ‘The Flow’ als een conversatie tussen twee geliefden waarbij de
tijd ontbreekt om alles te kunnen uitleggen. Kijk, dit is nu
minimalistische jazz die tergend traag vooruit gaat maar spannend blijft
in een goede muisstille zaal. Ze zingt ook ‘Blue’ van haar eerste plaat
en ook ‘Sweet Darling Pain’ over het hier en nu en als een blues die in
laagjes vooruit gaat. Daarna kwam die lange ‘Blackened Cities’ met
knappe belichting met de herhalende tekst ‘We dig deeper’ en daarbij
schitteren de muzikanten meer en gaat Dré naar een climax op drums maar
wel ook traag en in laagjes. Het kwartet bouwt de spanning en de groove
zo op tot een climax die zowaar hogere krachten lijkt aan te roepen.
Dit is een stem die vanuit het verleden lijkt aangewaaid. Warmer dan een
winterjas, en zo vanzelfsprekend klinkt dat het haast lijkt of Nina
Simone uit de doden is opgestaan en dat merk je op het einde met de
toegift ‘Be my husband’ waarin ze a capella zingt. Het publiek krijgt er
niet genoeg van en schreeuwt om nog één stukje. En dat doet ze en ze
lijkt op het einde wat geëmotioneerd door de vele staande ovaties.
Melanie zette inderdaad een zeer sterke set neer, haast nog beter dan op
de plaat.
Michel Proesmans
|
|